FR | NL
Home | Over Vax Info | Links | Contacteer ons

Diverse onderwerpenprint

WHO: belang van vaccinatie en vaccinatiegraad

gepubliceerd op vrijdag 1 december 2006

Het onmiskenbare succes van vaccinaties mag ons niet doen vergeten dat er nog grote inspanningen nodig zijn. De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) heeft een indrukwekkend overzicht gemaakt van de impact van vaccinaties over de voorbije jaren. Tegelijk onderstreept de WGO dat in 2002 nog steeds 2,5 miljoen kinderen beneden 5 jaar zijn overleden aan ziekten die via vaccinatie kunnen vermeden worden (waarvan 75% in Afrika en Zuid-Oost-Azië). Daarom stelt de WGO voor om nationale meerjaren-plannen voor vaccinatie op te stellen in het kader van een Global Immunization Vision and Strategy (GIVS) voor 2006-2015.

Vaccinaties behoren tot de meest efficiënte en kosteneffectieve acties op het vlak van de volksgezondheid. Dankzij vaccinatieprogramma’s zijn de pokken uitgeroeid en zijn hele werelddelen vrij van polio, rubella en mazelen. Ze hebben ook geleid tot eengevoelige daling van de mortaliteit en de morbiditeit ten gevolge van heel wat infectieziekten. De WGO schat dat in2003 dankzij de basisvaccinatie de sterfte van meer dan 2 miljoen kinderen kon voorkomen worden.

Vermindering vanmortaliteit

Het verminderen van de mortaliteit is één van de elementen die doorslaggevend zijn bij het bepalen van prioriteiten in het gezondheidsbeleid. Voor ziekten die via vaccinatie kunnen voorkomen worden, kan de jaarlijkse impact op de mortaliteit bij kinderen jonger dan 5 jaar bij een optimale vaccinatie wereldwijd geschat worden op ongeveer 1.000 voor polio, 15.000 voor gele koorts, 200.000 voor difterie en tetanus, 300.000 voor kinkhoest, 380.000 voor Hib en 540.000 voormazelen.
Voor volwassenen schat men het aantal overlijdens ten gevolge van een infectie met hepatitis B op 600.000. De overgrote meerderheid van die infecties dateren uit de kinderjaren.
Een aantal recente vaccins zijn nog niet opgenomen in het vaccinatieprogramma van de WGO. Dat is onder meer het geval voor de vaccins tegen pneumokokken en rotavirus, infecties die in 2002 verantwoordelijk waren voor resp. 700.000 en meer dan 400.000 overlijdens bij kinderen jonger dan 5 jaar, waarvan een groot gedeelte nu door vaccinatie kan voorkomen worden. Ook het vaccin tegen het humaan papillomavirus, een infectie verantwoordelijk voor naar schatting 240.000 overlijdens per jaar bij volwassenen, is niet in het programma opgenomen.

Aanbevelingen van de WGO

De vaccins tegen mazelen, polio, tetanus, difterie en kinkhoest maken sinds 1974 deel uit van het aanbevolen vaccinatieprogramma van de WGO. De vaccinatiegraad van kinderen tussen 12 en 23 maanden tegen tetanus, difterie en kinkhoest (3 dosissen DTP) wordt beschouwd als een goede graadmeter voor het succes van de vaccinatieprogramma’s. Volgens de gegevens van de WGO en van UNICEF schommelt die vaccinatiegraad tussen 70% en 78% in de periode 1990-2004. In Europa en het Amerikaanse continent ligt de vaccinatiegraad rond 90%, in Zuid-Oost-Azië rond 69% en in Afrika rond 66%.
Sinds 1988 beveelt de WGO de routinematige vaccinatie tegen Gele Koorts aan in endemische gebieden. Universele vaccinatie tegen hepatitis B voor zuigelingen wordt aanbevolen sinds 1992, en tegen Hib sinds 1998 (in unctie van de mogelijkheden van elk land). Momenteel vaccineren 168 vande 192 lidstaten van de WGO tegenhepatitis B. De vaccinatiegraad van kinderen tussen 12 en 23 maanden tegen hepatitis B (drie dosissen) ligt in 102 landen boven de 80%. Het gemiddelde voor alle WGO-lidstaten samen schommelde in 2004 rond 48% en neemt elk jaar toe. 92 lidstaten vaccineren tegen Hib. In 2004 rapporteerden 78 landen een vaccinatiegraad van meer dan 80% bij kinderen tussen 12 en 23 maanden (3 dosissen).
De WGO beveelt momenteel nog geen veralgemeende vaccinatie tegen pneumokokken aan vanwege het ontbreken van de serotypes 1 en 5 in het geconjugeerde vaccin. Deze serotypes zijn verantwoordelijk voor een groot deel van de ernstige infecties in de derde wereld. In de geïndustrialiseerde landen dekken de heptavalente vaccins de belangrijkste circulerende serotypes en worden ze algemeen aanbevolen. Wat het vaccin tegen het rotavirus betreft, bestaan er momenteel nog onvoldoende gegevens over de efficiëntie van het vaccin voor het geheel van de WGO-regio’s en in co-administratie met het oraal poliovaccin. Om die reden worden momenteel in Afrika en Zuid-Oost-Azië rotavirusvaccinstudies uitgevoerd. Ook voor de HPV-vaccins zijn nog bijkomende studies in ontwikkelingslanden nodig vooralen WGO-aanbevelingen kunnen geformuleerd worden.

De nabije toekomst

In 2005 hebben de WGO en UNICEF samen met andere partners het initiatief genomen tot oprichting van het Global Immunization Vision and Strategy (GIVS) 2006-2015. Nationale meerjarenprogramma’s behoren tot de topprioriteiten. Minstens een veertigtal landen hebben al zo’n plan uitgewerkt, inclusief de budgettaire impact van de vaccinatie, en ontwikkelen initiatieven om de vaccinatiegraad te verhogen.
Ook ons land moet daarin meestappen. Dat moet het ook mogelijk maken om te anticiperen op nieuwe vaccins (zoals HPV), om prioriteiten inzake vaccinaties te formuleren en om de nodige financiële middelen te voorzien.

Dr Patrick Trefois & Paul Geerts
Redactiesecretariaat

Referentie:
Vaccine Preventable Deaths ans the Global Immunization Vision and Strategy, 2006-2015. MMWR. 2006; 55(18): 511-515


Abonneer u op de nieuwsbrief